Inspectierapport? Daar valt altijd iets van te leren

De rapporten van de inspectie van het onderwijs liegen er niet om. Zeker bij scholen die de beoordeling ‘zeer zwak’ krijgen, schrijven de inspecteurs pittige teksten. De leerkrachten doen hun werk niet goed, is vaak de teneur. Het rapport vermeldt ook wat er nu moet gebeuren: ouders moeten op de hoogte worden gesteld van het oordeel, en er moeten binnen een afgesproken termijn verbeteringen zijn doorgevoerd, die soms ook worden omschreven.

Wat speelt de medezeggenschapsraad eigenlijk voor rol, als de inspectie langskomt en er na afloop een rapport vol kritiek ligt? Dat er een inspecteur op bezoek komt is natuurlijk bekend bij de leerkrachten, zeker in het primair onderwijs: de inspecteur zit immers een aantal uur ‘achter in de klas’ en inspecteurs praten meestal ook met een aantal docenten. Maar als het rapport slecht uitpakt, wordt de mr daar vaak niet meteen over geïnformeerd, weet scholingsmedewerker Reinout Jaarsma van de Algemene Onderwijsbond. Zeker de eerste versie van zo’n rapport, waar de bestuurder nog op kan reageren, wordt nogal eens onder de pet gehouden. Hij snapt wel hoe dat soms gaat, zegt Jaarsma. “Stel dat het rapport erg negatief is, ook over de leiding, en het bestuur wil graag dat de directeur opstapt. Dan wil je dat proces op z’n minst in gang hebben gezet voor ouders en leerkrachten en iedereen erover mee gaat praten, anders werkt dat beschadigend.”

Openbaarheid nodig

Toch zouden de mr-leden in bijna alle gevallen in een vroeg stadium moeten weten wat er in zo’n rapport staat, vindt hij. “De mr moet goed worden geïnformeerd, die heeft openbaarheid nodig. Als je een zwakke beoordeling krijgt en je weet waar het aan ligt, dan kan je dat aan gaan pakken en die maatregelen raken dan natuurlijk ook vaak aan de bevoegdheden van de mr. Want het gaat vaak over maatregelen rondom klassengrootte of formatie of lesmethodes.”

Verbetermaatregelen op advies inspectie raken vaak aan bevoegdheden mr

Jaarsma ziet daarbij een eigen rol voor de mr. “Bekijk of je de conclusies ondersteunt en zo ja: wat vinden jullie de beste manier om verbeteringen door te voeren.” Soms vindt een mr dat een inspecteur de plank misslaat, weet hij. “De inspectie had ooit kritiek op de manier waarop binnen een school met elkaar werd omgegaan. Maar dat ging om school in een kleine gemeenschap, in zo’n samenleving is dat soms anders. Dan kun je als school ook besluiten om die kritiek naast je neer te leggen.”

Vuile was

Er zijn maar weinig scholen die het inspectierapport ‘open en bloot’ op hun site zetten, zeker als de beoordeling zwak of zeer zwak is. Jaarsma: “Niemand hangt graag de vuile was buiten. De mr meestal ook niet.” Hopen dat het oordeel buiten zicht blijft, is echter een illusie. “Ineens staat het dan in de regionale krant en gonst het overal. Dat moment moet je eigenlijk voor zijn als school. Dan kun je direct al een plan van aanpak presenteren.” Dat deed een basisschool die ook het predicaat zeer zwak kreeg. Al in de definitieve versie van het inspectierapport staat het volgende te lezen: ‘Direct na het inspectiebezoek in januari 2019 is contact gezocht met de PO-raad. Inmiddels is de school bezocht door de Vliegende Brigade en is er een plan van aanpak opgesteld. Het bestuur heeft ervoor gekozen om per 1 april 2019 een nieuwe locatiedirecteur op de school te laten starten. Hierdoor kan zij samen met het team direct aan de slag met het onderzoeksrapport van de Vliegende Brigade.’

Alle inspectierapporten zijn openbaar en te vinden op de site onderwijsinspectie.nl en op scholenopdekaart.nl. Ook al staan ze niet op de website van school, vaak vind je de informatie uit de rapporten wel terug in de jaarverslagen van de stichting, zegt Floris IJsendorn, ook scholingsmedewerker bij de AOb. “Dus als je niet proactief bent geïnformeerd, zou ik als mr-lid zeker daar kijken.” Verder is er alleen in het voortgezet onderwijs nog een wettelijke verplichting: als de inspectie een school beoordeelt als ‘zeer zwak’ moeten ouders binnen vier weken na vaststelling van het rapport worden geïnformeerd en betrokken bij het herstel. Dat staat in artikel 23c van de Wet op het voortgezet onderwijs en in artikel 45a van de Wet op het primair onderwijs.

Belangrijke input

Je moet als mr eigenlijk per definitie wat met zo’n inspectierapport, vindt IJsendorn. “Het is altijd een aanleiding om vragen te stellen aan de schoolleiding en het is belangrijke input. Voor het schoolplan van een individuele school of voor het strategisch beleid op gmr-niveau. En als er wordt gesteld dat de kwaliteit omhoog moet, dan gaat het natuurlijk altijd om personeel en geld. Dan moet er een verbeterplan komen en dan gaat het over beleidsvoornemens: als het digitaal onderwijs als zwak is beoordeeld, wat gaan we daar aan doen? Worden er investeringen naar voren gehaald zodat de begroting aan moet worden gepast? Of is er kritiek op het zorgplan en hoe kan je dat dan verbeteren? Meer gesprekken, meer functionarissen, een nieuw systeem aanschaffen? Al die facetten raken aan zaken als begroting, formatie en/of taakbeleid, daar gaat de mr ook over. De mr moet altijd betrokken worden bij een verbeterplan: om te kunnen beoordelen of het wel realistisch is binnen de financiële mogelijkheden en de formatie.”
Je hoeft als mr niet zelf het verbeterplan te gaan maken, zegt hij: “Maar je wilt natuurlijk wel weten op welke termijn er iets gaat gebeuren, en wat dan.”

Geen rook, geen vuur?

Als scholen slecht functioneren zou dat eigenlijk voor mr-leden geen verrassing mogen zijn, vindt IJsendorn. Het is wonderlijk als dat pas bij een inspectierapport naar voren komt. Maar zelfs inspecteurs zitten weleens te slapen, merkt hij. “Als er geen rook is, gaat niemand op zoek naar vuur. Dat hebben we in Limburg gezien.” Hij doelt op de vmbo-school waar leerlingen te weinig toetsen hadden gemaakt en daarom hun diploma niet kregen. “Bij één school speelde dat. Er was gewoon basistoezicht op vrijwel alle scholen van de stichting. Maar toen er beter werd gekeken naar aanleiding van die affaire, bleken meerdere scholen ineens fors onder de maat.”

Verbeterplan hoort op mr-agenda

IJsendorn adviseert mr-leden dan ook altijd op kwaliteit te letten: “Realiseer je ook dat zo’n inspectierapport een momentopname is, een soort foto. Vaak hebben scholen zelf al veranderingen in gang gezet en zijn ze al op de goede weg. Dat moet je dan natuurlijk wél communiceren, ook met de ouders.” Zijn tip: las als mr hoe dan ook een extra vergadering in zodra er een inspectierapport ligt. Of dat nou lovend is of kritiek bevat, het is voor de mr altijd belangrijk om er uitgebreid bij stil te staan. “Niet even tussendoor behandelen in de gewone vergadering maar neem er echt de tijd voor.”

 

 

Ook interessant voor jou