AI in het onderwijs: kansen en aandachtspunten voor de MR

Artificial Intelligence (AI) of Kunstmatige Intelligentie is bezig aan een stevige opmars binnen het onderwijs. Nu al wordt AI gebruikt in automatisch gegenereerde roosterplanningen, leerlingvolgsystemen en dashboards, maar ook in chatbots of teksttools voor de communicatie met ouders. 

Tekst Jopa Ivos - - 2 Minuten om te lezen

AI in het onderwijs taken mr

Er is nog veel meer mogelijk: van chatbots die huiswerkvragen beantwoorden tot adaptieve leersystemen die het tempo en niveau van de leerling volgen. AI belooft gepersonaliseerd en efficiënter onderwijs. Maar zoals bij elke technologische ontwikkeling roept AI niet alleen enthousiasme, maar ook vragen op. Voor medezeggenschapsraden ligt hier een belangrijke taak: meedenken, meepraten en – waar nodig – bijsturen.

Wat betekent AI voor het onderwijs?

AI-toepassingen worden steeds vaker ingezet om administratieve lasten te verlichten, leerprestaties te analyseren en zelfs toetsen automatisch na te kijken. Voor leerlingen kan dit betekenen dat zij sneller hulp krijgen op hun eigen niveau. Voor leraren ontstaat ruimte voor maatwerk en coaching. Tegelijkertijd brengt AI ook zorgen met zich mee: hoe zit het met privacy? Wat gebeurt er met de data van leerlingen? Wordt de rol van de docent niet uitgehold? En mag de docent nog zelf beslissen waar hij of zij AI voor inzet?

Verschillen tussen PO, VO en MBO

De manier waarop AI wordt ingezet verschilt per onderwijssector. In het primair onderwijs (PO) ligt de nadruk vaak op adaptieve leermiddelen en spelenderwijs leren, bijvoorbeeld via digitale reken- of taalplatforms. In het voortgezet onderwijs (VO) worden AI-tools vaker ingezet voor differentiatie en begeleiding, bijvoorbeeld via platforms die huiswerk analyseren en gerichte feedback geven. In het middelbaar beroepsonderwijs (MBO) gaat het gebruik verder: daar wordt AI onder meer ingezet voor loopbaanbegeleiding, toetsanalyse en zelfs simulaties voor praktijkonderwijs. Elke sector vraagt dus om eigen afwegingen en aandachtspunten – ook binnen de MR.

De rol van de MR

AI raakt aan meerdere beleidsterreinen waarin de MR advies- of instemmingsrecht heeft: denk aan onderwijskwaliteit, ICT-beleid, leerlingvolgsystemen en privacybeleid. MR-leden hoeven geen tech-experts te zijn om waardevolle vragen te stellen en kritisch mee te denken. Allereerst kan de MR natuurlijk het gesprek aangaan met schoolleiding, ICT-coördinatoren en docenten: hoe zien zij de toekomst van AI op school?

Vragen die de MR bijvoorbeeld kan stellen:

  • Welke AI-toepassingen worden op school gebruikt of overwogen?
  • Op basis van welke doelen worden deze ingezet?
  • Hoe wordt de privacy van leerlingen en medewerkers gewaarborgd?
  • Zijn er afspraken over transparantie en controle op algoritmes?
  • Hoe worden docenten en andere medewerkers ondersteund bij de inzet van AI?
  • Hoeveel zeggenschap hebben docenten over het gebruik van AI in hun lessen?

Schoolafspraken

AOb en andere onderwijsorganisaties zoals de werkgeverskoepel PO- en VO-raad, het ministerie van Onderwijs en Kennisnet werkten samen aan een toolkit met schoolafspraken die scholen kunnen gebruiken om hun eigen afspraken op te baseren. Deze toolkit is te vinden op de site van Kennisnet.

AI biedt kansen, maar is geen doel op zich

Het onderwijs draait om mensen: leerlingen, docenten, ouders. Juist daarom is het belangrijk dat de MR betrokken is bij keuzes rond AI. Door actief de dialoog aan te gaan, helpt de MR om technologie in dienst te stellen van goed en modern onderwijs.