Dure medezeggenschap?
Soms zit er een vraag achter de vraag. Zo kreeg ik onlangs het verzoek om de medezeggenschapsstructuur op een school onder de loep te nemen. De officiële vraag: kun je het grijze gebied tussen de bevoegdheden van de GMR en MR verduidelijken? Maar de vervolgvraag bleek: kan het ook goedkoper?

Goede medezeggenschap begint dichtbij de plek waar besluiten worden genomen. Hoe groter de afstand, des te kleiner de betrokkenheid. Dat merk ik zelf in mijn werk voor de gemeenteraad van Ermelo. Ik krijg stapels dossiers op mijn bureau: discussienota’s, visiestukken, bestemmingsplannen, ruimtelijke ordening… Het is veel. En soms voelt het ver van mijn bed.
Toch probeer ik steeds één vraag centraal te stellen: wat betekent dit voor de mensen om wie het gaat? Voor inwoners, ondernemers, moeders, fietsers? Die invalshoek helpt me om voorstellen te beoordelen vanuit het perspectief van de betrokkenen. Maar vaak is de informatie die ik krijg niet genoeg. Dan moet ik zelf op zoek naar de mensen achter het dossier. Dat kost tijd en energie, maar het loont. Want het maakt mijn bijdrage aan de besluitvorming sterker.
Er bestaan geen vaste normen voor de grootte van een medezeggenschapsraad. Maar hoe groter de raad, hoe meer faciliteiten nodig zijn: uren voor personeel, vacatiegelden voor ouders en leerlingen, scholing, advies, servicepakketten… Een raad met zes personeelsleden, zes ouders/leerlingen en ambtelijke ondersteuning kost in het voortgezet onderwijs al snel één fte per jaar.
Is dat duur? Die vraag kun je pas beantwoorden als je weet hoeveel waarde je hecht aan medezeggenschap. Want het draait om kwaliteit en positionering. Goede medezeggenschap is nooit te duur: het verbetert beleid en vergroot draagvlak. Slechte medezeggenschap daarentegen, is altijd te duur.
In dit specifieke geval was de eerste vraag – over bevoegdheden – cruciaal. Mijn advies voor elke raad om voor de eigen organisatie een kruisjeslijst te maken waarin de bevoegdheden helder worden vastgesteld: Wat doet de GMR, de MR, de DMR? Hoe werken ze samen? Dat voorkomt een hoop gedoe.
De uitkomst van deze case? De omvang van de raden bleef gelijk. Er werd eerst een tijd gewerkt met de nieuwe bevoegdhedenstructuur.
Case closed.