Op De Starter kost taakbeleid dankzij mr-inzet minder tijd

De mr van De Starter. V.l.n.r.: Jos Kap, Natasja van Heukelingen, Tineke Nieuwenhuis, Bertha Dijkstra, Ina Smith, Petra de Jong, Xandra Kooij, Henk de Vries.
De mr van De Starter. V.l.n.r.: Jos Kap, Natasja van Heukelingen, Tineke Nieuwenhuis, Bertha Dijkstra, Ina Smith, Petra de Jong, Xandra Kooij, Henk de Vries.

Beeld: Jan Anninga

Ze staan na het volgen van een training tegenwoordig meer zelf aan het roer, merken de leden van deze medezeggenschapsraad. “We hebben grip op de agenda, zijn professioneler geworden.”

Openbare Daltonschool De Starter, net buiten het centrum van de stad Groningen, is een rústige school, omschrijven de leden van de medezeggenschapsraad. “Hier gebeurt nooit wat”, klinkt het eensgezind. Dat is natuurlijk niet helemaal waar, nuanceert leerkracht Petra de Jong, maar waar het om gaat: er zijn geen grote problemen. De school staat in een fijne wijk, er zijn ongeveer 350 leerlingen, voldoende leerkrachten en een relatief laag ziekteverzuim onder het personeel.

De mr kent een grote verscheidenheid aan ervaring. Leerkracht Xandra Kooij zit al bijna 10 jaar in de personeelsgeleding, haar collega Tineke Nieuwenhuis net een half jaar. Datzelfde beeld bij de oudergeleding: voorzitter Bertha Dijkstra trad een jaar geleden aan, middenin coronatijd. Zij nam het voorzittersstokje over van Jos Kap, oudgediende in deze mr.
De variatie in ervaring is op zich prima vindt iedereen, maar Xandra wil nu wel plaats gaan maken, vertelt ze. Na 10 jaar is het tijd voor vers bloed. Of daar verkiezingen voor nodig zijn? “Niemand staat te dringen voor een plek in de medezeggenschapsraad. In die tien jaar dat ik nu in de mr zit zijn er nooit verkiezingen nodig geweest. Niet voor de pmr, maar ook niet voor de oudergeleding.”

Open vergadering
Ze willen de komende tijd als mr meer van hun bezigheden laten zien, zeggen de medezeggenschappers. “Dit is een open vergadering, iedereen is welkom, maar er is nog nooit een ouder aangeschoven. We zetten informatie online, maar we krijgen eigenlijk nooit een reactie.” Opgewekt en met enige zelfrelativering concludeert ouderlid Natasja van Heukelingen dat iedereen blijkbaar tevreden is “en we het goed doen.” Maar ze zijn van plan om meer aan de weg te gaan timmeren, als het om publiciteit gaat “zodat iedereen beter weet waar we ons mee bezig houden. Het gaat om belangrijke zaken.”

‘Iedereen moet weten waar wij ons als mr mee bezig houden’

Corona en het thuisonderwijs hielpen natuurlijk ook niet mee om als mr de aandacht van anderen te vangen. Terwijl zij als mr in die tijd wel belangrijke zaken op hun bordje kregen, kijkt ouderlid Henk de Vries terug. “We zijn als mr goed betrokken bij alle maatregelen. We zijn snel overgeschakeld op een continurooster, omdat er natuurlijk zo weinig mogelijk anderen de school in mochten.”

Ook bij de besteding van de NPO-gelden werd de visie van de mr in een vroeg stadium gevraagd. Dat geld maakt echt veel verschil, vinden zowel ouders als personeel. Ina Smith, personeelsgeleding: “We hebben het hier ingezet voor kleinere groepen: 30 of 24 leerlingen in een klas, dat scheelt heel veel.” Er kwamen onderwijsassistenten bij en lio’s (leraren in opleiding) kregen een aanstelling. “We zijn een academische basisschool en werken nauw samen met de Hanzehogeschool. Lio’s die hier binnenkomen en goed zijn, lijven we natuurlijk graag in.” Er zijn daardoor gelukkig geen vacatures “maar de invalpool is wel leeg. Dus als een leerkracht ziek wordt, moet er soms toch een klas naar huis.”

‘Lio’s die hier binnenkomen en goed zijn, lijven we natuurlijk graag in’

Collegiale consultatie
Vanuit het NPO-geld werd ook gekozen om geld te steken in ‘bewegend leren’, vooral voor kinderen met een rekenachterstand een mooie methode, blijkt inmiddels. “Ook hebben we als personeel een feedbacktraining gevolgd en daar hoort collegiale consultatie bij; je gaat af en toe bij een collega in de klas kijken. Dankzij het NPO-geld is er dan ook vervanging voor je eigen klas.” Dat zijn belangrijke en positieve veranderingen, concludeert de mr. “Maar we realiseren ons ook dat we structurele maatregelen nemen met incidenteel geld. Dus daar moeten we straks bij de begroting wel naar kijken. De directie betrekt de mr daar goed bij.”

De maatwerktraining van de AOb die zij volgden, heeft geleid tot meer structuur, efficiëntie, betere organisatie van het medezeggenschapswerk en ‘duurzame keuzes’, zeggen ze. “In het verleden voelden we ons soms overvallen: moeten we heel snel stukken beoordelen. Of er was iets besloten en dan vroegen wij ons achteraf af: hé, hadden wij daar als mr niet iets van mogen vinden?” Soms was ook niet duidelijk in hoeverre ze als mr ergens echt over ‘gingen’, zoals een onveilige verkeerssituatie bij school, zegt Jos Kap. “Nu is duidelijker wat de hoofdtaken zijn van de mr, en daar concentreren wij ons op.”

Actielijsten
Een aantal veranderingen die na de training zijn doorgevoerd: de mr deelt de jaarplanning tijdig met de directeur, die zo ook meer inzicht heeft in wanneer stukken bij de mr binnen moeten zijn. De mr werkt nu met actielijsten in plaats van notulen: overzichtelijker, sneller: “anders moest je de notulen helemaal doorspitten om te zoeken naar hoe het ervoor staat, wat al is afgekaart of nog in behandeling.” Ook werd besloten dat de directie niet meer de hele vergadering aanwezig is. “Dat was hier van oudsher gewoonte, maar de directie zelf vindt dit ook prima. Nu geeft de schoolleider een toelichting als wij daar om vragen.”

Er bleek tijdwinst mogelijk door het taakbeleid onder de loep te nemen: “Het taakbeleid zorgde voorheen voor veel werkdruk. Er waren schoolbrede commissies, waar veel vergaderingen aan vast zaten. De cie 11 november, de kinderboekenweekcie, de kerstcie: nu is dat per bouw geregeld en dat scheelt veel tijd. We kijken ook beter naar wat iemand aan kan: de één kan meer aan dan de ander en dat is prima, als iedereen zich er maar happy bij voelt.”

Continurooster
Zo is er in korte tijd veel ten goede veranderd, blikken ze samen terug. Het continurooster bleek een blijvertje na corona, al was uiteraard niet iedereen daar blij mee. “Maar het was moeilijk om mensen te vinden voor de overblijf, er waren veel wisselingen. Leerkrachten moesten daardoor vaak de overblijf overnemen. Dat leidde weer tot meer werkdruk.”
De medezeggenschapsraad nam het initiatief om een online enquête te organiseren, ouderlid Henk de Vries ging ermee aan de slag. “Hoe dat proces is verlopen, daar zijn we trots op”, zegt de mr eensgezind. “Het was een goede enquête met ook nog een aantal open vragen, en bijvoorbeeld een linkje naar de bso. De respons was hoog.” Zo’n enquête geeft je goed inzicht in wat ouders denken en vinden en waar ouders zich zorgen over maken. Zo komt er meer informatie uit dan je aanvankelijk had gedacht.”

Tips van deze mr:
● Werk met een actielijst: dat geeft meer inzicht in hoe het ervoor staat
● Een online-enquête is soms een goed bruikbaar communicatiemiddel en geeft veel informatie
● Werk met een jaaragenda, zodat je directeur weet wanneer stukken bij de mr moeten zijn

Ook interessant voor jou