Twee keer per jaar om tafel met toezichthouder

Door de invoering van de Wet versterking bestuurskracht onderwijsinstellingen is het sinds 1 augustus 2017 verplicht als (g) mr om minimaal tweemaal per jaar overleg te hebben met de toezichthouder.

Meestal is dat de raad van toezicht. Hoe pakt de mr zoiets aan, wat moet er op de agenda staan en wie zijn daarbij aanwezig? Dat staat in de Handreiking Overleg met de Toezichthouder, een uitgave van het project Versterking Medezeggenschap. De handreiking is voor iedereen te downloaden.

Het achterliggende idee van het tweejaarlijks overleg is dat contact met de mr ervoor zorgt dat een interne toezichthouder beter op de hoogte is van wat er leeft binnen een onderwijsinstelling. Met die kennis kan de raad van toezicht betere feed-back geven aan de bestuurders. Veel medezeggenschapsraden hebben al één keer per jaar overleg met de toezichthouder, die frequentie moet nu dus worden opgeschroefd naar tweemaal. Nog belangrijker is natuurlijk de kwaliteit van dat contact. Dat verschilt van samen koffie drinken tot voorzitters van raden die met elkaar intensief het schoolbeleid doorspreken.

De handreiking is een praktische brochure vol tips en weetjes. In principe ligt het initiatief voor het overleg bij de toezichthouder, maar als het de mr te lang duurt kan die natuurlijk ook gewoon zelf contact opnemen, luidt het pragmatisch advies. Wees allebei transparant naar de bestuurder over de bijeenkomsten, is een andere tip. Houd als toezichthouder de eerste keer een korte presentatie over wat je doet. In de handreiking staan praktische adviezen: welke onderwerpen kunnen op de agenda, welke juist niet (de rvt is geen klachtenbureau) en hoe zo’n overleg van de grond komt. Handig!